God ontmoeten
M’n vriend Peter Jan zei dat als God bestond hij heel kwaad op God zou zijn(hij bedoelt op het beeld dat hij van God heeft gemaakt) ‘Maar ja’ zei Peter Jan ‘God bestaat niet dat is wel zeker’. Ik zei toen:’M’n conclusie is dan dat jij jezelf niet kent en boos bent op jezelf’ ‘Hoezo’ zei hij niet begrijpend. Ik zei:’Je hebt me zelf het verhaal verteld van de koning die God wilde ontmoeten, ik zal je dat verhaal terugvertellen, want je hebt het vergeten en zeker niet goed begrepen, anders zou je anders praten’.
De koning wilde God ontmoeten en plaatste een advertentie in de krant wie hem daarbij kon helpen. Hij kreeg daar geen enkele reactie op, want wie houdt zich daar nu mee bezig. Na lang zoeken vond hij een meester in India die hem kon helpen. Hij reisde af naar India en ontmoette de meester die hem vroeg: ‘Wie bent U?’ ‘Ik ben de koning’, zei de koning’. ‘Ja, dat is uw maatschappelijke rol, maar wie bent u?’ zei de meester. ‘Ik ben getrouwd en heb twee kinderen’ zei de koning. ‘Dat is uw sociale rol, maar wie bent u?’ sprak de wijze. ‘Ik ben gefortuneerd en rijk’ sprak de koning. ‘Ja dat is je financiële situatie, maar u bent uw geld niet, wie bent u’ zei de wijze. ‘Ik weet het niet’ zei de koning, waarop de meester antwoordde:’Weet eerst wie u bent en dan zult u God ontmoeten’ Ik voegde er aan toe dat om te weten wie je bent je eerst moet sterven, sterven aan je ego. De Bijbel zegt:’De levenden zullen God niet zien’. Goethe zei: ‘Stirb und werde’. Na m’n crisis in 1992 begreep ik die woorden van Goethe pas, want ik was in 1992 zelf ook gestorven en opnieuw geboren. Johannes Tauler zei: ‘De pijnen van de crisis zijn de weeën van God’s geboorte in je’ en zo heb ik het ervaren vertelde ik Peter Jan. Toen ik dit allemaal vertelde zei Peter Jan niets meer, hij wist niet hoe hij hierop moest antwoorden
Een ander verhaal is dat van een geleerde die niet in God geloofde en daarover in discussie wilde met een wijze. De wijze zei echter alleen maar:’Kijk in m’n ogen’, verder geen enkel argument, de geleerde wist niet zo goed wat hij hiermee aanmoest en was gewend om te debatteren en nu overkwam hem dit, hij keek maar hem viel niks op, waarop de wijze zei:’Als je God niet in m’n ogen ziet zul je Hem nergens vinden en niet ontmoeten. Vernon Howard werd gevraagd wat het verschil is tussen een verlichte en een gemiddelde mens, hij zei: ‘De verlichte ziet en de gemiddelde mens denkt’…
Om God te kunnen ontmoeten, moet jij eerst verdwijnen. Vernon Howard was het weer die zei dat jij het grootste probleem bent dat je in je leven tegenkomt. Je ego belemmert de ontmoeting met God, omdat hij het beter denkt te weten en maakt zelf goden naar zijn beeld, zoals Peter Jan deed die kwaad was op zijn beeld van God en dus op zichzelf.
Een ander verhaal is van een koning die een narrenstaf gaf aan z’n nar omdat z’n nar altijd de waarheid sprak en dat vond de koning heel dwaas. De koning zei:’Je mag deze narrenstaf doorgeven aan iemand die nog dwazer is dan jij bent’. Toe de koning op sterven lag riep hij de nar bij zich omdat hij behoefte had aan eerlijke antwoorden. De koning zei:’Ik vertrek binnenkort naar een ander land’ ‘Heeft u daar al informatie over ingewonnen’ zei de nar. ‘Nee’ zei de koning.’heeft u zich op e.e.a. voorbereid o.a op een mogelijke ontmoeting met God’ vroeg de nar. ‘Nee’ zei de koning. ‘In dat geval geef ik u de narrenstaf, want dan bent u nog dwazer dan ik.
Een monnik zei tegen een andere monnik;’Je krijg van mij 1 sinaasappel als je me vertelt waar God is’. De ander antwoordde:’Je krijgt van mij 2 sinaasappels als je me kunt vertellen waar God niet is’…..
Jezus zei: ‘De Vader en ik zijn één’, dan is er geen dualiteit en ben je verbonden met het grote geheel, één met de kosmos, het universum, is er geen kwaadheid of conflict, maar liefde, vrede en harmonie…
Bron: Boek “Levensinspiraties” – Henny Bos (verschijnt najaar 2012)